SUIKER

                                    

                            SUIKER

                        

Gebruikte men 100 jaar geleden 5 kg suiker per persoon per jaar, tegenwoordig is dat al minimaal 45 kg! Je zult overigens versteld staan waar allemaal suiker wordt ingedaan. Tot aan vleeswaren toe! Andere benamingen voor suiker zijn glucosesiroop, saccharose en sucrose.

Gewone (kristal)suiker, maar ook candij, ruwe, basterd en bruine suiker bestaat uit gelijke hoeveelheden glucose en fructose. Glucose is belangrijk voor het lichaam, o.a. voor de hersenen en de nieren.

Fructose daar en tegen moet eerst door de lever in glucose worden omgezet. Het is m.n. deze fructose (fruitsuiker) die in grotere hoeveelheden de lever ongevoelig maakt voor het hormoon insuline. Daardoor kan de bloedglusosespiegel niet goed gereguleerd worden en ontstaat er onder meer de non-alcoholic fatty liver disease. (vette lever, niet veroorzaakt door drankmisbruik) Dit is een voorstadium van diabetes type II. Andere gerelateerde aandoeningen zijn hoge bloeddruk en verhoogde productie van urinezuur (veroorzaakt jicht). Het fruitsuikergehalte in vruchten is helemaal niet zo hoog. De heel zoete vruchten zoals banaan en druiven hebben nog altijd een gering percentage fructose.

Bij vruchtensappen spelen andere factoren een rol: vruchtensappen worden eerst verwarmd om te voorkomen dat ze gaan gisten. Maar door de verwarming komen de suikers vrij en hebben een veel negatievere invloed op het lichaam. Frisdranken zijn overigens helemaal suikerbommen. En 'light' is geen goed alternatief.

Je realiseert je wellicht niet dat suiker wordt verwerkt in veel broodsoorten, sladressing, sommige mineralwatertjes, vruchtensappen, mosterd, ketchup. Om maar eens wat te noemen.

Suiker saboteert je gezondheid: als het lichaam wordt blootgesteld aan grote hoeveelheden glucose, wordt er een proces op gang gezet dat men glycatie noemt, waarbij suikers zg. crosslinks vormen met eiwitten en vetten en zo deze moleculen beschadigen. De celwand (celmembraan) wordt minder elastisch en de cellen kunnen gaan klonteren. Uiteindelijk worden zg. AGE’s (advanced glycation endproducts) gevormd die op den duur stapelen in het lichaam zodat chronische ontstekingen ontstaan die verwoestingen aanrichten in elk weefsel van het lichaam.

Zo heeft onderzoek aangetoond dat chronisch hoge niveaus van bloedglucose significante voorspellers zijn van hartinfarcten, vernauwing van de bloedvaten en verhoging van het aantal bloedvatbeschadigingen. Daarbij ziet men bloeddrukverhoging en kans op trombose, vooral bij diabetespatiënten. Er zijn linken gelegd naar  depressiviteit, reuma, Alzheimer, collitis en IBS.

Je krijgt geen adhd door suiker! Maar een te grote suiker- en zetmeelconsumptie geeft gedragsveranderingen. Bij een hoge bloedsuikerspiegel zijn mensen aardig, bij lage niet! Voeding in het algemeen beïnvloedt gedrag! Zie de onderzoeken die de afgelopen jaren

in m.n. Engelse gevangenissen zijn gehouden.

De verschijnselen zijn:

       Woedeaanvallen, plotseling optredende driftbuien

       Onverklaarbare angstgevoelens

       Verminderde concentratie

       Asociaal gedrag

       Te grote beweeglijkheid, gestoorde motoriek

       Voelen zich snel aangevallen, opgejaagd, geërgerd

       Heftige reacties op omgevingsfactoren, agressie

       Moeite met menselijke relaties opbouwen en onderhouden

       Energietekort

       Obesitas, leververvetting (zie ook Non alcoholic fatty liver disease)

Wat gebeurt zo al meer:

In de mond wordt de gezonde bacteriële flora vernietigd en het gebit en tandvlees aangetast. (dit geldt overigens voor alle snelle koolhydraten zoals wit brood, pasta, aardappelen, etc)

In de maag geeft een te sterke afscheiding van maagsap, het teveel aan maagzuur tast de maagwand aan. Op den duur ontstaat een tekort aan maagzuurproductie  (hypochloorhydrie). Vitamine B1 (thiamine) en zink worden opgebruikt.

In de alvleesklier moet een grote hoeveelheid insuline geproduceerd worden om de bloedsuikerspiegel laag te houden. Omdat dit altijd iets later gebeurt, ontstaat toch even een verhoogde bloedsuikerspiegel. Reactieve hypoglykemie, syndroom X en diabetes kunnen ontstaan.

Een voorstadium van diabetes is het zg. non-alcoholic fatty liver disease: een niet door drankmisbruik veroorzaakte vette lever.

In de darmen wordt de groei van bepaalde micro-organismen (o.a. candida, maar ook andere bacteriën) gestimuleerd, die vitamine B verbruiken. Een tekort aan B-vitamines en bijvoorbeeld 'leaky gut' en allergieën kunnen ontstaan.

In het bloed treedt de verzuring die in de maag begint voort. Verzuring kost mineralen die uit de weefsels worden onttrokken: demineralisatie. Verzuring geeft meer gelegenheid voor het ontstaan van infectie en tumorgroei.

In de beenderen door het eerder genoemde effect van demineralisatie treedt botontkalking op.

In het hart en de vaten vindt een belasting plaats door de gevolgen van diabetes, de demineralisatie, cholesterolverhoging, etc.

Uiteindelijk wordt de gehele homonale balans verstoord en ontstaan hart- en vaatziekten, nier- en gewrichtsziekten, etc. Aangetoond is dat er een verband bestaat tussen de hoge suikerconsumptie en het ontstaan van kanker (oa. galblaas en borst)

De mens heeft suikers nodig, alleen geen geraffineerde witte en bruine biet- of rietsuiker. Deze heeft nauwelijks voedingswaarde en is zelfs schadelijk voor de gezondheid.

Non-Alcoholic Fatty Liver Non-Alcoholic Fatty LiverSCIO=weten

Calorieën.

Een dogma dat heeft bijgedragen tot het steeds slechter worden van de gezondheid in de westerse wereld, is de veronderstelling dat een calorie een calorie is. Dat is eenvoudigweg niet waar. De idee dat overgewicht het eindresultaat is van teveel eten en te weinig bewegen, of te wel meer calorieën eten dan je verbrandt, is onjuist.

Fructose (fruitsuiker) is “isocalorisch, maar niet isometabolisch”. Dit betekent dat je dezelfde hoeveelheid calorieën aan fructose, glucose en proteïnen (eiwitten)of aan fructose en vet kunt hebben, maar het metabolisch (stofwisselings) effect zal totaal anders verlopen ondanks de identieke calorieënhoeveelheid.

Acht primaire ziekten die aan metabool disfunctioneren worden gerelateerd, zijn: diabetes II, hypertensie, cholesterolproblemen, hart- en vaatziekten, non-alcoholic fatty liver discease, polycysteus ovarium syndroom, kanker en dementie. Obesitas is een kenmerk voor al deze ziekten. En deze 8 ziektes zorgen allen al in de USA voor 75% van de kosten voor de gezondheidzorg.

Twintig procent van de mensen met overgewicht hebben een  perfect normale stofwisseling en het teveel aan gewicht heeft weinig effect op hun dagelijks functioneren. Echter het merendeel van hen hebben geen normale stofwisseling. Bovendien hebben ca. 40% van de mensen met een normaal gewicht een slechte stofwisseling, zodat zij net als de obese mensen risico lopen op één van de bovengenoemde 8 ziektes. Al met al hebben veel mensen in de westerse wereld te maken met metabool disfunctioneren en het foutieve dogma over de calorieën draagt bij aan het verder uitbreiden van deze problemen.